|
(Ga met de muis op een tekstverwijzing staan, dan ziet u de tekst, of op een onderstreepte naam, dan ziet u de betekenis)
1 Voor de verdeling van de poortwachters: Voor de Korachieten, , zoon van , van de zonen van .
2 En had zonen: , de eerstgeborene, , de tweede, , de derde, , de vierde,
3 , de vijfde, , de zesde, , de zevende.
4 En had zonen: , de eerstgeborene, , de tweede, , de derde, en , de vierde, en , de vijfde,
5 , de zesde, , de zevende, , de achtste; want Elohim zegende hem. [1Kron. 13:14]
6 En aan , zijn zoon, werden zonen geboren, de heersers voor het huis van hun vader, want zij waren dappere mannen.
7 De zonen van : en en , , zijn broeders, dappere zonen: en .
8 Al deze zijn de zonen van , zij en zijn zonen en zijn broeders, dapper mannen met kracht voor de dienst, twee en zestig van .
9 had zonen en broeders, krachtige zonen, achttien.
10 En , uit de zonen van , had zonen. was het hoofd, ook al was hij niet de eerstgeborene, maar zijn vader plaatst hem aan het hoofd,
11 de tweede, de derde, de vierde. Alle zonen en broeders van waren dertien.
12 Volgens deze waren de lotverdelingen van de poortwachters, naar de hoofden van de leiders, opdrachten die overeenkomen met hun broeders, om te dienen in het huis van Jahweh.
13 En zij werpen loten voor de kleine en de grote, voor het huis van hun vaders, poort om poort.
14 En het lot valt naar het oosten, naar en , zijn zoon, die raad geeft met verstand. Zij werpen loten en zij lot viel naar het noorden.
15 Naar viel het zuiden, en naar zijn zonen het huis van de voorraad.
16 Naar en naar naar het westen, met de poort van in de hoofdweg die omhoog gaat. Wacht kwam overeen met wacht.
17 Naar het oosten de Levieten, zes, naar het noorden per dag vier, naar het zuiden per dag vier, en bij de voorraadkamer twee aan twee.
18 En voor het district naar het westen, vier aan de hoofdweg, en twee bij het district.
19 Deze waren de lotverdelingen voor de poortwachters voor de zonen van de Korachiet en voor de zonen van .
20 En van de Levieten is over de schatkamers van het huis van de Elohim en over de schatkamers van de heiligheden.
21 Zonen van , zonen van de Gershoniet, die uit zijn, hoofden van de vaders voor , de Gershoniet .
22 De zonen van : en , zijn broeder, over de schatkamers van het huis van Jahweh.
23 Voor de Amramiet, voor de Izrahiet, voor de Hebroniet, voor de Uzziëliet,
24 en , zoon van , zoon van , was bestuurder over de schatkamers.
25 En zijn broeders via waren: , zijn zoon, en , zijn zoon, en , zijn zoon, en , zijn zoon, en , zijn zoon.
26 Deze en zijn broers waren over alle van de schatkamers van de heiligheden die , de koning, met de hoofden van de vaders voor de leiders van de duizenden en de honderden en de leiders van de menigten heiligde.
27 Uit de strijd en uit de buit heiligden zij om het huis van Jahweh te onderhouden.
28 En alles wat , de ziener, heiligde, met , zoon van , en , zoon van , en , zoon van , al het geheiligde was onder de hand van en zijn broeders.
29 Voor de Izrahiet: en zijn zonen waren voor het werk aan de buitenzijde over Israel, als opzichters en rechters.
30 Voor de Hebroniet: en zijn broeders, duizend en zeven honderd zonen van vermogen, hadden het opzicht over , van over de naar het westen, voor al het werk van Jahweh en voor het dienstbetoon van de koning.
31 En voor de Hebroniet: was het hoofd van de Hebronieten, naar hun genealogische verslagen van de vaders. In het veertigste jaar van de regering van werden zij ondervraagd en men vond onder hen machtige mannen van dapperheid in van .
32 En zijn broeders, twee duizend zeven honderd zonen van vermogen, zijn hoofden van de vaders, en , de koning, geeft hen opzicht over de Rubenieten en de Gadieten en de helft van de stam van de Manassieten voor iedere zaak van de Elohim en van de koning.
Terug naar de indexpagina
Naar 1 Kronieken 27
|
|