(Ga met de muis op een tekstverwijzing staan, dan ziet u de tekst)

1 "Laat jullie ^°hart niet verward worden! Gelooft in ^°God en gelooft in Mij.
2 In het huis van Mijn ^°Vader zijn vele verblijfplaatsen. Indien zij er niet zijn, zei^* Ik niet tot jullie: 'Ik ga om ruimte voor jullie klaar te maken^*'.
3 En als Ik weggegaan^* zal zijn en Ik ruimte voor jullie zal maken^*, kom Ik opnieuw en zal Ik jullie meenemen tot Mijzelf, opdat waar Ik ben, ook jullie zullen zijn. [Joh. 12:26]
4 En waarheen Ik vertrek, hebben jullie de weg waargenomen."
5 Thomas zegt tot Hem: "Heer! Wij hebben niet waargenomen waarheen U vertrekt. Hoe zijn wij dan in staat de weg waar te nemen?"
6 ^°Jezus zegt tot hem: "Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij. [Hebr. 10:20] - [Joh. 1:14,17] - [Joh. 11:25]
7 Indien jullie Mij gekend hebben, zullen jullie ook Mijn ^°Vader kennen en vanaf nu kennen jullie Hem en hebben jullie Hem gezien." [Joh. 8:19]
8 Filippus zegt tot Hem: "Heer! Toon^* ons de Vader en het is voor ons voldoende."
9 ^°Jezus zegt tot hem: "Zoveel tijd ben Ik bij jullie en jij hebt Mij niet gekend? Filippus! Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien! Waarom zeg je: 'Toon^* ons de Vader'? [Kol. 1:15]
10 Geloof jij niet dat Ik in de Vader ben en de Vader in Mij is? De uitspraken die Ik tot jullie zeg, spreek Ik niet uit Mijzelf, doch de Vader, in Mij blijvend, Hij doet Zijn ^°werken. [Joh. 10:38]
11 Gelooft Mij dat Ik in de Vader ben en de Vader in Mij is. Doch indien niet, gelooft vanwege de werken zelf. [Joh. 10:37,38]
12 Amen! Amen! Ik zeg tot jullie, wie in Mij gelooft, de werken die Ik doe zal ook deze doen. En groter dan deze zal hij doen, want Ik ga naar de Vader. [Joh. 7:33]
13 En alles wat jullie zouden vragen^* in Mijn naam, dit zal Ik doen, opdat de Vader in de Zoon verheerlijkt^* zal worden. [Joh. 15:16] - [Joh. 17:1]
14 Indien jullie Mij ook maar iets zullen vragen^* in Mijn naam, Ik zal het doen.
15 Indien jullie Mij zullen liefhebben, zullen jullie ^°Mijn ^°geboden houden. [1Joh. 5:3]
16 En Ik zal de Vader vragen en een andere Bemoediger zal Hij aan jullie geven, opdat deze met jullie in de aion zal zijn, [Joh. 16:7]
17 de geest van ^°waarheid, die de wereld niet in staat is te krijgen^*, want ze ziet hem niet, noch kent ze hem¹⁾. Jullie kennen hem, want hij blijft bij jullie en zal in jullie zijn. [Joh. 16:13]
18 Ik zal jullie niet bedroefd achterlaten. Ik kom naar jullie toe.
19 Noch een korte tijd en de wereld ziet Mij niet meer. Doch jullie zien Mij, omdat Ik leef en jullie zullen leven. [Joh. 12:35] - [Joh. 6:57]
20 In die ^°dag zullen jullie weten dat Ik in Mijn ^°Vader ben en jullie in Mij en Ik in jullie. [Joh. 10:38] - [Joh. 6:56]
21 Wie Mijn geboden heeft en ze houdt, deze is het die Mij liefheeft en die Mij liefheeft zal door de Vader geliefd worden. En Ik zal hem liefhebben en Mijzelf aan hem bekendmaken." [2Joh.:6] - [Joh. 16:27]
22 Judas (niet ^°Iscariot) zegt tot Hem: "Heer! En wat is er gebeurd dat U op het punt staat Uzelf aan ons bekend te maken en niet aan de wereld?" [Hand. 10:40,41]
23 Jezus antwoordt^* en zei^* tot hem: "Indien iemand Mij liefheeft, zal hij Mijn ^°woord houden en Mijn ^°Vader zal hem liefhebben, en Wij zullen tot hem komen en Wij zullen bij hem een verblijfplaats maken.
24 Wie Mij niet liefheeft houdt Mijn ^°woorden niet. En het woord dat jullie horen is niet het Mijne, maar van de Vader, Die Mij zendt^*. [Joh. 7:16]
25 Deze dingen heb Ik tot jullie gesproken, bij jullie verblijvend.
26 De Bemoediger nu, de geest, de heilige, Die de Vader in Mijn naam zal zenden, Deze zal jullie allen leren, en zal jullie alles herinneren wat Ik tot jullie zei^*. [Joh. 16:7] - [Joh. 16:13] - [Joh. 2:22]
27 Vrede laat Ik bij jullie. ^°Mijn vrede geef Ik jullie. Niet zoals de wereld geeft, geef Ik aan jullie. Laat jullie hart niet verward worden, noch laat het vreesachtig worden. [Joh. 16:33]
28 Jullie horen^* dat Ik tot jullie zei^*: 'Ik vertrek en Ik kom tot jullie.' Indien jullie Mij lief hadden, waren jullie verheugd^* dat Ik tot de Vader kom, want de Vader is groter dan Ik. [Joh. 16:16,17] - [Joh. 13:1
29 En nu heb Ik dit tot jullie verklaard voordat het gebeurt^*, opdat, wanneer het zou gebeuren^*, jullie zullen geloven^*. [Joh. 13:19]
30 Niet veel langer zal Ik met jullie spreken, want de Leider van de wereld komt en in Mij heeft ze niets. [Joh. 12:31]
31 Maar opdat de wereld zou weten^* dat Ik de Vader liefheb, ook zoals de Vader Mij gebiedt^*, zo doe Ik. Wordt wakker! Wij zullen daarheen gaan." [Joh. 12:49] - [Matt. 26:46]

1) Hem. Het gaat hier over "geest". In het Grieks is geest niet een persoon (hij/zij), maar iets onzijdigs, een "het". Omdat het in het Nederlands gewoonte is geest als een "hij" aan te duiden(een gevolg van de drie-eenheidsleer), is dat ook hier met "hij" vertaald (eigenlijk fout).


Terug naar de index.
Naar Johannes 15