Dit is een eigen Het Beste Nieuws vertaling van
Handelingen
Hoofdstuk 5

   
(Ga met de muis op een tekstverwijzing staan, dan ziet u de tekst)

1 En een zeker man, Ananias genaamd, samen met Saffira, zijn °vrouw, verkoopt* zijn verkregene
2 en verduistert*, en met medeweten van de vrouw, van de waarde, en brengt* een zeker deel en plaatst* het aan de voeten van de apostelen. [Hand. 4:34,35,37]
3 Maar °Petrus zei: Ananias, waarom vult* de Satan jouw °hart, om jou te laten liegen* tegen de heilige °geest en iets van de waarde te verduisteren* van het eigendom? [Joh. 13:2]
4 Bleef het niet van jou zolang het bij jou bleef? En na het verkopen* behoorde het tot jouw beschikking. Waarom plaatste* je deze °zaak in jouw hart? Jij liegt* niet tegen de mensen, maar tegen °God.
5 En °Ananias, horende deze °woorden, geeft* vallend* de ziel. En er kwam* grote vrees op allen, de horenden. [Hand. 19:17]
6 En opstaande* omhullen* de jongere mannen hem en dragen* hem uit. Zij begraven* hem.
7 En het gebeurde*, na een tussenpoze van ongeveer drie uren, dat zijn °vrouw binnen kwam*, niet waargenomen hebbende het gebeurde.
8 En Petrus antwoordde* aan haar: Zeg* mij of je zoveel betaling voor het eigendom hebt gekregen*. En zij zei*: Ja, voor zoveel.
9 En °Petrus zei tegen haar: Waarom is het dat jullie ingestemd* hebben de geest van de Heer te beproeven*? Zie*, de voeten van de begravenden* jouw °man zijn aan de deur en zij zullen jou uitdragen. [1Kor. 10:9]
10 En zij valt* onmiddellijk voor zijn voeten en geeft* de ziel. En de jongeren, binnen komend*, vonden haar dood en dragen* haar uit. Zij begraven* haar bij haar °man.
11 En grote vrees kwam* op de hele ecclesia en op al de dit horenden.
12 En door de handen van de apostelen gebeurden vele tekenen en wonderen onder het volk en zij waren allen eendrachtig in de zuilengang van Salomo. [Hand. 6:8] - [Joh. 10:23]
13 Maar van de overigen durfde niemand bij hen aangesloten te zijn, maar het volk verhoogde hen, [Hand. 2:47]
14 en veeleer werden gelovenden toegevoegd aan de Heer, menigten van mannen zowel als van vrouwen. [Hand. 2:41]
15 zodat ook op pleinen de zieken werden aangedragen en geplaatst op veldbedden en strozakken, opdat bij de komst van Petrus mogelijk zijn °schaduw iemand van hen zou overschaduwen*.
16 En ook de menigte van de steden rond Jeruzalem kwam tezamen, brengende zieken en door onreine geesten gemolesteerden, die allen werden genezen. [Marc. 6:56]
17 Maar de hogepriester stond* op en al degenen samen met hem, de sekte van de Sadduceeën, zij zijn gevuld* met jaloezie, [Hand. 4:6 - [Hand. 4:1]
18 en zij legden* de handen aan de apostelen en zij plaatsten* hen in publieke bewaring. [Hand. 4:3]
19 Maar een boodschapper van de Heer opende* in de nacht de deuren van de gevangenis en zei*, hen naar buiten leidende*: [Hand. 12:7-10]
20 Ga en spreekt*, staande in het heiligdom, tot het volk al deze °woorden van het leven.
21 En horende* gingen* zij in de vroege morgen in het heiligdom en onderwezen. Maar de hogepriester was aangekomen* en die met hem waren roepen* het Sanhedrin bijeen en de hele senaat van de zonen van Israel, en zij dragen* op hen naar de kerker te leiden*.
22 Maar daar aangekomen* vonden* de afgevaardigden hen niet in de gevangenis, en terug kerende* brengen* zij verslag uit,
23 dit zeggende: Wij vonden* de kerker gesloten zijnde in alle veiligheid en de wachters stonden voor de deuren, maar openende* vonden* wij niemand binnen.
24 Toen zij nu deze °woorden hoorden*, werden zowel de officier van het heiligdom als de hogepriesters verbijsterd over hen. Wat zou hier van komen*? [Hand. 4:1]
25 Maar iemand, voorbij komende*, bericht* hen dat: Zie, de mannen die jullie plaatsten* in de gevangenis, staan in het heiligdom en onderwijzen het volk.
26 Toen ging* de officier samen met de afgevaardigden weg, en *leidde hen weg, niet met geweld (want zij vreesden het volk), zodat zij hen niet zouden stenigen*. [Marc. 11:32]
27 En hen leidende* staan* zij in het Sanhedrin en de hogepriester ondervraagt* hen,
28 zeggende: Hebben wij jullie niet met een bevel opgedragen* niet te onderwijzen in deze naam? En zie*, jullie hebben Jeruzalem gevuld met jullie leer en jullie zijn van plan het bloed van deze °mens op ons te doen komen*. [Hand. 4:18] - [Matt. 27:25]
29 Maar Petrus en de apostelen, antwoordend*, zeggen*: Men moet aan God meer gehoorzaam zijn dan aan mensen. [Hand. 4:19]
30 De God van onze °vaders wekt* Jezus op, aan Wie jullie de handen leggen*, Hem hangend* aan een hout. [Hand. 17:31] - [Hand. 4:10]
31 Deze Aanvoerder en Redder verhoogt* °God naar Zijn °rechterhand, om aan Israel de bekering te geven en losmaking van zonden. [Hebr. 2:10] - [Hand. 2:10] - [Luc. 24:47]
32 En wij zijn getuigen van deze °woorden en van de heilige geest, die °God geeft* aan de Hem gehoorzamenden. [1Petr. 5:1] - [Joh. 15:26,27]
33 En de horenden* werden gepijnigd en zij probeerden hen te laten vermoorden*. [Hand. 7:54]
34 Maar een zekere Farizeeër in het Sanhedrin, genaamd Gamaliël, leraar van de wet, geëerd door heel het volk, stond* op en draagt* op de mensen een beetje buiten te doen*. [Hand. 22:3] - [Hand. 4:15]
35 En hij zei* tegen hen: Mannen! Israelieten! Geef acht op jezelf in verband met deze mensen, wat jullie op punt staan te begaan.
36 Want vóór deze dagen stond Theudas op*, zeggende zelf iets te zijn, bij wie het aantal van vierhonderd mannen was aangesloten*. Hij werd vermoord* en zovelen als van hem overtuigd waren werden ontbonden* en werden* tot niets. [Hand. 21:38]
37 Na deze stond* Judas op, de Galileeër, in de dagen van de inschrijving en trok* mensen achter hem en deze werd vernietigd* en allen, zovelen als van hem overtuigd waren, zijn verspreid*.
38 En nu zeg ik tot jullie: Laat jullie niet meetrekken* met deze °mensen en laat* hen begaan, want indien deze raad of deze °daad uit mensen zou zijn*, het zal vernietigd worden,
39 maar indien het uit God is, zullen jullie niet in staat zijn hen te vernietigen*, opdat jullie niet bevonden* worden ook strijders tegen God te zijn.
40 En zij zijn door hem overtuigd* en roepen* de apostelen naar hen toe, en hen geselend* dragen* zij hen op niet te spreken in de naam van °Jezus en zij laten* hen vrij. [Hand. 4:18]
41 Dezen gaan dan inderdaad weg uit het zicht van het Sanhedrin, zich verheugend dat zij waardig gevonden* waren onteerd* te worden ten behoeve van de Naam. [Matt. 5:10-12]
42 En iedere dag, in het heiligdom en in huis, hielden zij niet op te onderwijzen en het evangelie van °Christus Jezus te brengen. [Hand. 2:46] - [Hand. 17:3]

Terug naar de index.
Naar Handelingen 6
   


© www.hetbestenieuws.nl
U mag deze tekst voor eigen gebruik en studie-doeleinden zonder toestemming vermenigvuldigen.
Citeren van deze tekst mag alleen met bronvermelding.
Vermenigvuldiging voor commercieel gebruik alleen met toestemming van de uitgever.