"Lazarus En De Rijke Man"
door E.L.Martin

Is het verhaal van Lazarus en de Rijke Man letterlijk te nemen of is het een gelijkenis? Als het letterlijk te nemen is, dan beschrijft Christus de Rijke Man als iemand die na zijn dood in het dodenrijk(Hades) wordt gekweld. Geeft Christus hier een letterlijk onderwijs, zoals veel dominees en priesters Christenen willen doen geloven, of is Zijn illustratie een gelijkenis en niet bedoeld om te worden gezien als werkelijk gebeurd?
Het beeld van Lazarus en de Rijke Man in Lucas 16:19-31 is een gelijkenis. Wanneer Christus tot anderen dan Zijn discipelen sprak, deed Hij dat altijd in gelijkenissen: "en zonder gelijkenis zeide Hij niets tot hen,"(Matt. 19:34;NBG). De Rijke Man in het vuur was geen letterlijk feit en Christus had ook niet het doel dat het als zodanig zou worden verstaan. Het gebruik van het vuur in deze is net zoals het allegorisch gebruik ervan door de apostel Paulus, toen hij zei: "indien uw vijand honger heeft, geef hem te eten; indien hij dorst heeft, geef hem te drinken, want zo zult gij vurige kolen op zijn hoofd hopen."(Rom. 12:20;NBG). Indien Paulus een letterlijk vuur in gedachten had, dan zou men zijn vijand niet helpen; hij zou hem kwellen en hem doden. Het vuur in de gelijkenis van Lazarus en de Rijke Man is dan ook figuurlijk en niet werkelijk. De hele gelijkenis is met dit soort spraakfiguren gevuld.

Let eens op een paar van die spraakfiguren! Herinner u dat Lazarus(in het Hebreeuws: Eliëzer) staat voor de heidense dienstknecht van Abraham, die Eliëzer heette(Gen. 15:2). Eliëzer(Lazarus) wordt symbolisch weergegeven als zijnde in Abrahams schoot(Lukas 16:23). In die tijd dachten de Joden dat alle rechtvaardige Joden die dood waren "tot hun vaderen vergaderd" waren en wel in het bijzonder in "Abrahams schoot". Maar het is duidelijk dat niet miljoenen mensen letterlijk die ene persoon Abraham kunnen omhelzen.
Ten tweede wordt van de Rijke Man gezegd dat hij wordt gekweld in vuur, maar hij was wel in staat een normaal gesprek met Abraham te voeren, iets wat onmogelijk zou zijn geweest indien hij letterlijk zo'n foltering onderging! En dan nog iets: een enkel druppeltje water op de punt van z'n tong zou hem zeker niet van zijn kwelling verlossen!

Maar nu weer terug naar het onderwerp. De Rijke Man had vijf broers(dit is van belang in deze gelijkenis) die iedere Sabbath werden onderricht in wat Mozes en de profeten hen te zeggen hadden. Dit maakte de Rijke Man tot een Jood en niet tot een heiden, zoals Lazarus (Eliëzer, weet u nog?). Let even hier op: van de twaalf zonen van Jakob(Israël) uit twee vrouwen en twee bijvrouwen, had Juda vijf broers(dwz. vijf volle bloed broeders bij een moeder, Lea). Tel de vijf die van Lea waren: "de eerstgeborene van Jakob, Ruben, voorts Simeon, Levi, Juda, Issakar en Zebulon."(Gen. 35:23;NBG). De Rijke Man was dus eenvoudigweg een symbool voor Juda(en niet meer dan dat!). Christus liet zien dat de Rijke Man was gekleed in purper(Luc. 16:19) - een symbool voor het komen uit de koninklijke verbondslijn van David, en hij was ook gekleed in "fijn linnen"(19) - een symbool voor de Joodse priesterklasse.

"....., tussen ons en u is er een grote kloof onstaan, zodat zij die van hier naar u willen oversteken daartoe niet in staat zijn, noch zij die van daar naar ons kunnen over varen."
(Luc. 16:26; proeve van Concordant vertalen)
En wat is de "grote kloof" uit de gelijkenis(Grieks: "chasma" - een gapende scheur in de aarde), die de Rijke Man scheidde van Lazarus? Dit is eenvoudig te verklaren. Het verschil tussen "oversteken" en "over varen"[diapero] is in het Grieks heel duidelijk en vormt een sleutel tot het identificeren van de kloof. Op de vijf andere plaatsen waar het voorkomt in het Nieuwe Testament betekent het steeds: passeren over water. Deze grote gapende kloof in de aarde die Christus "chasma" noemde, had op z'n laagste punt water staan. De "Grote Kloof" was de grootst bestaande scheur in de aardkorst die ten oosten van Jeruzalem langs loopt en waarin de rivier de Jordaan naar de Dode Zee stroomt. Het noordelijk deel van de Dode Zee was ook de plek waar Sodom en Gomorra ooit stonden(zij werden door vuur vernietigd) en Judas schreef dat dit gebied van die steden een voorbeeld zou zijn voor het "eeuwige [aion-durende] vuur"(Judas 7). De vuren werden toen gedoofd.

Dus Christus plaatste de Rijke Man aan de Sodom en Gomorrah-kant van de rivier de Jordaan, aan de noordelijke kant van de Dode Zee(dwz. aan de oostkant van de Jordaan en buiten het Beloofde Land). Maar Lazarus(Eliëzer, de heidense dienaar van Abraham) dacht Hij een plaats toe aan de Beloofde Land kant van de scheiding, aan de westelijke kant van de Jordaan en de Dode zee!

E.L.Martin


Dit artikel werd hier geplaatst met toestemming van
©ASK
Associates for Scriptural Knowledge
en mag niet zonder toestemming van deze worden overgenomen
in druk of op het internet.


www.hetbestenieuws.nl