Vertaalproblemen: 1Korinthe 11:20

door Wim Janse

In de vertaling van het NBG van 1951, en in vrijwel alle andere vertalingen, staat in 1Korinthe 11:20 het volgende:

" Wanneer gij dan bijeenkomt, is dat niet het eten van de maaltijd des Heren;"

Er zijn in dit vers twee vertaalproblemen op te merken.

1. Er staat in het Grieks geen bepalend lidwoord vóór het woord "maaltijd". Dus moeten we er ook geen "de" voor zetten, hooguit "een".
2. Er staat ook niet "des Heren" of "van de Heer". Het woord "Heer" staat grammaticaal als bijvoeglijk naamwoord bij "maaltijd."

Het niet aanwezig zijn van het bepalend lidwoord duidt al aan dat het niet om een door de Heer of een door Paulus ingesteld ritueel gaat, een herhaling van de Pesach maaltijd of van de laatste maaltijd die de Heer samen met Zijn discipelen hield. Het gaat om een onbepaalde maaltijd. Het is dus geen "verplicht nummer."

Bij "maaltijd des Heren" ligt het allemaal wat ingewikkelder. Het probleem is niet zozeer het grammaticale aspect, want dat is duidelijk genoeg. Het probleem is om kuriakon deipnon in goed en bruikbaar Nederlands te vertalen.
Er zijn voorstellen gedaan het met "Heerse maaltijd" te vertalen, maar ik vind dat geen goed Nederlands. Het legt niet in één oogopslag uit wat er wordt bedoeld.
Ook de vertaling met "Heer-lijke" maaltijd is mij te ouderwets. En ook dan nog: spreek het uit en je gaat denken aan een lekkere maaltijd (al sluit ik niet uit dat wat men at erg lekker zal zijn geweest).

Om te zien wat er nu werkelijk wordt bedoeld met dit kuriakon deipnon, moeten we kijken naar wat de gewoonte was in die ecclesia en in die tijd, en waarom Paulus dit stuk schreef.

Vanuit ons land is het wat moeilijk te begrijpen, want wij eten bij de hoofdmaaltijd meestal geen brood en bij een broodmaaltijd drinken wij zeker geen wijn. Maar in de landen rond de Middellandse Zee is het de gewoonste zaak van de wereld dat er bij de hoofdmaaltijd ook brood gegeten wordt, en de wijn is vanzelfsprekend. Ook heeft men daar niet ons "halfje volkoren" (Gesneden? Ja, ja graag!), maar men heeft vaak platte ronde broden, die men in steeds kleinere stukken breekt.
Wat was er nu aan de hand in Korinthe? Iedere keer dat men bijeen kwam, in een huiskamerachtige omgeving, denk aan tussen de 10 en 20 mensen, dus niet met vele honderden in een grote zaal, was dat niet voor een uurtje, maar voor een hele dag. Men las uit de Schrift, men zong, men studeerde, men hoorde een uitleg, iemand las een eigen gemaakt gedicht voor, enz. Dat hield in dat er in de tussentijd een keer gegeten moest worden. Hoe dat georganiseerd werd is niet duidelijk. Mogelijk maakte degene bij wie het die keer thuis was de maaltijd klaar. In ieder geval was er voedsel. Maar er waren misstanden. Er werd door sommigen gegraaid, zodat de een volgepropt zat en de ander honger had, de een dronken werd en de ander geen druppel kreeg. Dáár gaat dit stuk over.

Paulus stelt tegenover dit misbruiken van een maaltijd, de orde die er was toen de Heer met Zijn discipelen Zijn laatste maaltijd hield voordat Hij gevangen werd genomen. Daar wachtte men netjes op elkaar (men at "waardig" - vers 27) en was er geen graaien; een ieder had genoeg en niet teveel.

Maar nu zitten we nog steeds met de vraag: Hoe vertaal je dan kuriakon deipnon? Ik heb daar lang over zitten nadenken, maar ik kreeg de oplossing toen ik luisterde naar James Coram - Studies in 1 Corinthians 11, waarin hij komt met het Engelse woord "Lordly" (dus eigenlijk ook "Heer-lijk"). Dat "Lordly" deed me denken aan "worldly" - werelds - de wijze/manier van de wereld. Als je die lijn van denken toepast op "Lordly", dan kom je uit op "de wijze van de Heer". Men moest eten zoals het destijds bij de Heer was toegegaan. En zo is het dan in de "Het Beste Nieuws" vertaling terecht gekomen.

"Dan, bij jullie samenkomen in dezelfde plaats, is het niet om een maaltijd op de wijze van de Heer te eten"
(1Kor. 11:20;SW)

Voorstel.

En voor nu? Zouden we bij iedere maaltijd die we als leden van de ecclesia houden, of dat nu thuis of gezamenlijk is, niet even moeten stilstaan bij wat de Heer voor ons gedaan heeft? Misschien zou het een idee zijn om bij onze hoofdmaaltijden, naast de aardappelen, groenten, vlees en jus, ook brood en wijn te gaan gebruiken. Dan kunnen we, net als de gelovigen van die vroege dagen, ook brood breken en wijn drinken, ter herinnering. Het zou het karakter van onze maaltijden veranderen; ze zouden "Heer-lijk" worden.




© www.hetbestenieuws.nl