Naar u, mijn vrienden, die de weg van redding nog niet kennen, gaat mijn verlangen uit dat u samen met mij de weg bereist die naar heerlijkheid leidt. Moge God, terwijl we reizen, door Zijn genade, aan u de rijkdommen van de heerlijkheid van het goede nieuws van Jezus Christus, de Redder, bekend maken.
Misschien heeft u soms, zelfs vanaf uw kindertijd, wanneer u het Woord van God hoorde, een magnetische kracht gevoeld die u naar Christus trok. Maar dan heeft u gedacht dat de kindertijd, net als ijdelheid, gevuld is met illusies.
Bovendien voelde u, in latere jaren, misschien tijdens uw tienertijd of later, wanneer u de boodschap van redding hoorde, dat u er naar toe gewonnen werd. Maar zelfs dan slaagde u er niet in u bewust te worden dat dit de geest van God was die u naar Christus trok. In het begin voelde u zich geneigd het weg te leggen, ja zelfs het te negeren. Maar op de een of andere manier voelde u zich niet in staat zulk een overweldigende invloed af te schudden.
De waarheid is dat God echt in uw hart aan het werk was; Gods heilige geest was Zijn Zoon in u aan het onthullen - Galaten 1:16. De tijd was er rijp voor dat u met Hem bekend gemaakt wordt en om uit te gaan op de weg naar de heerlijkheid.
Op dit moment, terugkijkend over de jaren, zal u zien dat uw ervaring in uw kindertijd een voorbereiding was - een soort van zacht maak periode - voor de tijd waarin u Jezus als uw Redder zou herkennen, en dat, uiteindelijk, er die vitale band is tussen uw ervaring in uw kindertijd en die in uw volwassen jaren.
Feitelijk is God, zachtjes, geduldig, vriendelijk, aandachtig doorheen de jaren met u bezig geweest met het oog om u naar Hemzelf te brengen. Ook al verzette u zich niet tegen Zijn inleidingen, toch hield u gewoon de zaak van redding van u af. Maar wanneer beproevingen u schenen te overweldigen, dacht u toch op de een of andere manier aan Gods goedheid en gunst in uw leven. Ook u kan een paar onaangename ervaringen hebben gehad, en zelfs besloten hebben een verandering in uw leven aan te brengen. Maar dit alles was God Die in u werkte om u te laten zien hoe hard u Christus nodig heeft, de Redder Die voor allen is gestorven.
De reden waarom God Zijn Zoon voor ons gaf is dat de allereerste mens, Adam, een daad van ongehoorzaamheid tegen Gods Woord begin, daarbij heel het menselijk ras dat uit hem voortkwam er bij betrekkend. Natuurlijk nemen wij allen deel aan zijn aard en de op hem gelegde straf - "Daarom dit: net zoals door één mens de zonde de wereld is binnen gekomen, en door de zonde de dood, zo ging de dood door in alle mensen, waarop allen zondigden"(Rom. 5:12;SW). Ongeacht onze positie in het leven zijn we door geboorte zondaren, zeker niet door keuze. Daarom zond God Zijn enige geboren Zoon in de wereld om ons van zonde en dood te redden.
Onze Here Jezus gaf Zijn leven voor de redding van de mensheid en daarom zal de zonde en de gevolgen er van verworpen worden. "Maar nu één maal, bij de afsluiting van de aionen, tot vergeving van de zonden, door Zijn offer, is Hij openbaar geworden" (Hebr. 9:26;SW). Feitelijk wordt Zijn reddende genade nu toegepast op allen die geroepen zijn tot redding; en dan nog is er kracht in het bloed van Christus om de puinhoop recht te zetten die nu en in de toekomende aionen door de zonde wordt bewerkt. Zonde, dood en Satan zullen dan niet triomferen zoals in het verleden, en in het heden, want Christus stierf en overwon ze allen. Het is slechts een kwestie van tijd wanneer Hij al Zijn vijanden onder Zijn voeten zal plaatsen. Zo dan zal de reddende genade van God ieder mens op de juiste tijd bereiken.
Het antwoord op deze vraag is zo heerlijk eenvoudig dat het moeilijk kan zijn het te geloven. Terwijl in een andere bedeling "vergeving" of "pardon" van overtredingen verkregen kon worden op basis van werken, in deze huidige bedeling wordt redding, die niet verward moet worden met "vergeving," op een ietwat andere wijze ontvangen; dat wil zeggen "naar de rijkdom van Zijn genade"(Efe. 1:7;SW).
De rechtvaardigheid - (redding) - die uit geloof is, wordt op deze wijze gegeven: "in Wie [Christus] ook jullie het Woord van de waarheid horen, het evangelie van jullie redding, in Wie ook, gelovend .." Laat me een ogenblik pauzeren om aan te duiden dat door deze uitspraak er gezien kan worden dat geen hoeveelheid gebed of belijden of iets wat een mens doet, kan helpen in de zaak van iemands rechtvaardiging. Het is geen zaak van "doen," maar van "gedaan," want de voordelen van het voltooide werk van Jezus Christus worden de onze. En let op een verdere uitspraak in de tekst: "in Wie [Christus] ook, gelovend." Let op, er staat niet "wachtend," niet "sprekend in tongen," niet "gedoopt in water" zijnde, als bewijs van redding, maar u gelooft, tegelijkertijd bent u "verzegeld ... met de geest van de belofte" (Efe. 1:13,14;SW). Daarom is de redding en verzegeling de uwe alleen door geloven.
Geloven betekent geloof hebben in, er op vertrouwen. Het maakt deel uit van ons bestaan. Er is geen mens die bestaat zonder enig natuurlijk geloof. Zulk een geloof is in allen te vinden. Feitelijke is de ervaring zo algemeen, dat het zou zijn alsof wordt gevraagd: "Hoe kan ik ademen?" Want als ik niet adem leef ik niet. De natuurlijke mens en natuurlijk geloof gaan hand in hand.
Echter, het geloven waar we het nu over hebben is niet het natuurlijk beërfde idee van vertrouwen, maar dat wat bovennatuurlijk is - door God gegeven. Het is een bijzonder soort geloof - "Jezus Christus' geloof" - dat naar allen komt en op allen is die geloven (Rom. 3:22). Onze redding is "uit geloof, opdat het overeenstemme met de genade" (Rom. 4:16;SW). "Want door de genade zijn jullie geredden, door geloof en dat niet uit jullie zelf; het is het naderingsgeschenk van God, niet uit werken, opdat niemand zou roemen" (Efe. 2:8,9;SW). Met betrekking tot de genade is de waarheid dat menselijke inspanning volkomen wordt uitgesloten, want geloof om te geloven in het voltooide werk van het kruis is het geschenk van God. Een ieder die gered is kan echt getuigen over deze waarheid.
Het hele plan van de kruisiging van onze Heer werd door Satan en zijn volgelingen uitgevoerd voor de vernietiging en uiteindelijke eliminatie van Jezus, de Redder van de hele wereld. Maar God bedoelde dit duivelse plan - met z'n daaruit volgende tragedie - om Zijn doelstelling te bereiken ten voordele van al Zijn schepselen, zelfs voor hen die deelnamen in deze gruwelijke daad.
Toch werd Zijn dood het meest sublieme voorval in het universum, en verreweg de meest adembenemende, vanwege de plaats er van in het doel van God. Gode zij dank kwam Christus overwinnend uit deze beproeving. "Ik heb de sleutels van de dood en van het ongeziene"(Openb. 1:18;SW).
Door hemels ontwerp werd het kruis van schande omgevormd tot iets respectabels, ja, tot iets heerlijks en van onschatbare waarde. Het is iets waarvoor men zich niet hoeft te schamen, maar veeleer er in te verheerlijken. De apostel Paulus stelde de zaak precies, toen hij zei: "Maar moge het niet zo zijn dat ik zou roemen, anders dan in het kruis van onze Heer, Jezus Christus ..." (Gal. 6:14;SW).
De voorziening voor de redding van heel de mensheid is daarom compleet. Op dit moment is redding een uitverkiezing - een roeping. Het is niet zo dat God met een probleem zit om iedereen nu te redden, of in de toekomst - een waarheid die ontegensprekelijk in de Schrift wordt geleerd. Maar niemand wordt gered, tenzij hij tot God komt door Christus, en niemand kan tot Christus komen tenzij hij door Hem wordt getrokken (Joh. 6:44). God is dan ook Meester over de hele situatie, in iedere zin van het woord. Hij is de Redder van allen.
De beste manier om u te helpen bij het zoeken van de weg naar redding zou zijn om de vroegste ingevingen en, later, de sterke trekkracht van de geest onder uw aandacht en in uw herinnering te brengen als bewijs van Gods werking. Zeker, zodra u ervaren heeft dat de geest van God woning aan het maken in u - wat niet komt door bidden of door belijden of door te talmen, maar door Gods genade, die geheel onverdiend is, on-uitgenodigd - zal u zeker uw plaats gaan kennen in de familie van God (Rom. 8:16,17;SW).
Indien, echter, u deze trekkende kracht, dit trekken aan het hart (als het ware) van Gods geest in uw leven u naar Christus toe trekt, dan zal u een goede reden hebben om te geloven dat u onder de uitverkorenen van God bent. Er staat geschreven: "Want zovelen als geleid worden door Gods geest, dezen zijn zonen van God"(Rom. 8:14;SW).
Maar als u, aan de andere kant, deze trekkende kracht niet voelt, betekent dit, uiteraard, niet dat u helemaal buiten Gods gunst valt, zoals soms wordt gezegd "eeuwig verloren en zonder hoop" (een uitspraak die niet in de Schrift is te vinden), want God heeft voor iedereen voorzieningen getroffen. Er niemand is echt verloren bij God, want let er op dat de "verloren dingen" in Lukas 15 niet blijvend verloren waren, maar slechts tijdelijk misplaatst; zelfs de "verloren zoon" vond een liefhebbende vader. Hoe zou iemand voor altijd blijvend verloren zijn bij God de Schepper van allen, wanneer alles en iedereen, in leven en dood, aanwezig is voor Zijn ogen. Indien de aardse miljoenen verloren zouden zijn, buiten het bereik van God, wie zou dan de overwinnaar zijn, God of Satan? Is Satan sterker dan God?
Maar sommigen zullen zeggen: hoewel God redding heeft voorzien voor de zondaar, die een vrije wil heeft, het is aan hem om zijn wil in deze uit te voeren, want God zal niemand redden tegen zijn wil.
Dit betoog klinkt zeer beslissend, ware er niet de heldere leer van de Schrift die ons een concreet voorbeeld geeft van Gods methode voor het redden van de mens in deze dag van genade.
Overdenk eens het geval van Saulus van Tarsus, en geef antwoord. Is er een mens geweest die boosaardiger alles deed wat in zijn macht was tegen Christus en Zijn volgelingen? Saulus' religie maakte hem tot de grootste van alle zondaren, Christus' bitterste vijand. Maar won al deze tegenstand tegen God en zijn bitterheid tegen Christus het van Gods doelstelling? Oh, nee! Want het verslag in Handelingen 9 spreekt voor zichzelf over die redding die uit genade is - genade alleen, zonder menselijke wil, werken of weelde.
Door goddelijk ontwerp had God Saulus in Christus gekozen, aionen vóór zijn geboorte, en toen de tijd daar was riep Hij hem - zelfs tegen zijn wil, terwijl hij op weg was naar Damascus. Daar flitste plotseling een licht - helderder dan de middagzon - rondom hem, en op de grond vallend hoort hij een stem die tot hem zegt: "Saul, Saul, waarom ben jij Mij aan het vervolgen?"(Hand. 9:4;SW). Ja, "de genade van onze Heer overweldigt met geloof en liefde, die is in Christus Jezus"(1Tim. 1:2-16;SW), en zo gaat het vandaag bij alle gelovigen.
Gods doelstelling voor de aionen is om, uiteindelijk, alle verstandige schepselen te redden en verzoenen door middel van opdrachten en tuchtigende maatregelen, die Hij zal uitdelen bij het Grote Witte Troon oordeel. Als gevolg daarvan zullen allen komen tot een kennis van de waarheid en een bewustwording van God - zoals Hij behoort te zijn in hun levens - een God van liefde, van wijsheid en van genade, vastbesloten om al Zijn schepselen tot aan de rand te zegenen met oneindige vreugde, vrede en eindeloze blijdschap.
Dit, dan, mijn vriend, is het verhaal van de weg die leidt naar heerlijkheid. Ik vertrouw er oprecht op dat u dit gouden klompje van waarheid, die aan u is doorgegeven, zal koesteren en dat God het zal gebruiken voor Zijn eer en heerlijkheid, en tot uw voordeel. Moge u, beste lezer, terwijl u deze zinnen leest, de kracht van Zijn aanwezigheid voelen. Geloof met het hart, belijd (Hem) met uw lippen, en u zal gered worden (Rom. 10:9,10).
(Leon A. Bynoe was vele jaren de hoofdredacteur van "Grace and Truth Magazine.")