Een reis naar en door de tweede dood
deel 6


door J. Philip Scranton



   

De zoektocht naar de tweede dood - deel 4


Rook van de kwelling

Er is verwijzing gemaakt naar “de rook van hun kwelling” (Openb. 14.11), en “de rook van haar brand” (Openb. 18:9;SW). Er zijn voor deze zinsneden een paar interessante parallellen: “… wierook; dit zijn de gebeden van de heiligen” (Openb. 5:8; zie ook Openb. 8:3,4), en “… de priester zal het geheel doen roken op het altaar. Het is een opstijgoffer, een vuuroffer met een rustgevende geur voor JAHWEH” (Lev. 1:9;SW). De rook van wierook en de geur van vlees en sappen die boven een vuur koken, zouden veel aangenamer zijn dan de geur en rook van kwelling. Rook prikkelt de ogen, en geur die wordt afgegeven door kwelling is waarschijnlijk niet aangenaam (verg. Jes. 65:5). Toch is er een overeenkomst in de beschrijving van deze dingen die niet onopgemerkt voorbij zou mogen gaan. Ze stijgen alle op naar God en ze komen als het gevolg van beproevingen; ze vertegenwoordigen de ervaringen die nodig zijn om een bewustwording van de waarheid te brengen. Dit toont de weldadige doelstelling aan die onlosmakelijk verbonden is met al Gods oordelen, en het toont aan dat Hij een genoegen heeft in de beproevingen van sommige van Zijn schepselen, terwijl andere beproevingen Hem weer geen genoegen doen, hoewel ze noodzakelijk zijn. Deze illustratie laat ook zien hoe grondig het figuurlijk gebruik van vuur de Schrift doordringt. Het is volledig verbonden aan de grondgedachte van offeren.

Zwavel

De verbinding van zwavel met de Poel des Vuurs zou niet over het hoofd gezien moeten worden. Wanneer zwavel wordt verbrand wordt zwaveldioxide geproduceerd. Zwaveldioxide is een misselijk makend, verstikkend gas. Het gas is eenvoudig vloeibaar te maken en wordt gebruikt als bleekmiddel en ontsmettingsmiddel, maar ook voor andere dingen.

Het gas, zwaveldioxide, is algemeen aanwezig bij vulkaanuitbarstingen. Het was bekend aan de mensen uit Bijbelse tijden door hun bekendheid met vulkaanactiviteit, en het zal ook aan het Joodse volk bekend zijn geweest door het Bijbelse verslag van de vernietiging van Sodom en Gomorra, Aangezien zwavel wordt vermeld in verband met vuur, schijnt het aannemelijk dat het eerste belang van de zwavel is om de gedachte van lijden, ellende en ongemak te intensiveren.

Zwavel werd gebruikt in de ceremoniële reinigingen van de valse aanbidding in oude tijden. Er schijnt een aanzienlijke kennis over de eigenschappen er van te zijn geweest. Dit wil niet veronderstellen dat er iets aan het kruis toegevoegd hoeft te worden, maar om het beeld te verhelderen. De reiniging zou voor hen zijn van wie de plaats in het vuur is, en niet voor de reiniging van de aarde van hen. De nieuwe aarde wordt onafhankelijk van hun reiniging tot stand gebracht. De gedachte aan verstikkende vulkaandampen, die iemand de adem zouden ontnemen, gekoppeld aan de gedachte van reiniging, doet denken aan een soort lijden dat iemand niet zal doen juichen voor het vlees en al haar verlangens.

Was het kruis voldoende?

De Poel des Vuurs is de straf die past bij het grote witte troon oordeel. Sommigen die menen dat de tweede dood een letterlijke dood is, willen de straf van de grote witte troon uitgedeeld zien worden bij de troon, voordat het individu in de Poel des Vuurs wordt geëxecuteerd. Maar indien de Poel des Vuurs figuurlijk wordt verstaan, kan het inderdaad een toestand zijn waarin de veroordeelde leeft onder verschillende graden van dienstbaarheid en ontberingen. Het oordeel zal aan ieder individu aangepast worden, want het wordt gegeven in overeenkomst met hun daden.

Sommigen betogen tegen de tweede dood als zijnde figuurlijk, zeggend dat het een reddingsmiddel suggereert, anders dan het lijden van Christus. Zo’n gedachte is onmetelijk ver verwijderd van de bedoeling van de schrijver. Haal in herinnering dat het gelovigen genadevol geschonken is te lijden ten behoeve van Christus (Filip. 1:29). Paulus leed intens (Filip. 1:30; 2 Kor. 11:21-33) en sprak zelfs over zijn lijden als over “ik vul in mijn vlees de tekorten aan van de verdrukkingen van Christus, ten behoeve van Zijn lichaam, dat is de ecclesia” (Kol. 1:24;SW). Paulus verklaart onvermurwbaar dat gelovigen “compleet in Hem” zijn (Kol. 1:20). Maar hij spreekt ook over deelnemen aan Christus’ lijden, eenwording aan de dood van Christus, en van het zijn van een drankoffer – een aanvullende gift – toegevoegd aan het werk van Christus (Filip. 3:10; 2 Tim. 4:6; Filip. 2:17). Het werk van Christus aan het kruis heeft de overtreding en afstand tussen God en mens weggehaald. Maar dat is niet de limiet van Gods werkzaamheden in Zijn doelstelling om Alles in allen te worden. Oordeel is nog steeds nodig om de vijandigheden en wonden tussen mens en mens weg te nemen, tussen mens en zelf, en tussen de mens en God. Wanneer Gods plan voltooid zal zijn, zal de mens vrede hebben met God, vrede hebben met zijn medemens, en vrede hebben met zichzelf. Het oordeel voor de grote witte troon is ontworpen om dit werk af te maken. Echt, dit grote en gevreesde oordeel is een werk van mededogen en genade door onze liefhebbende Vader. Het zal zo velen tot compleetheid brengen.

Mogelijk wordt dit alles het best verstaan in het licht van 1 Timotheüs 2:4. “God … wil dat alle mensen gered worden en komen in de bewustwording van de waarheid”(SW). Christus is de passende vrijkoopsom voor allen (1 Tim. 2:6). Daarom ontbreekt er niets aan Zijn offer om allen te redden. Maar het aanvullende doel van Gods wil is dat allen komen in de bewustwording van de waarheid. God heeft bepaald dat bewustwording verkregen zal worden door middel van ervaring en lijden. Wij geloven dat Christus een perfect mens was, maar we lezen van Zijn geperfectioneerd worden door Zijn lijden (Hebr. 5:8,9). Deze perfectie, dan, was niet de correctie van enige smet, maar het was de perfectie van completering die komt met bewustwording. In het aandoen van de menselijke vorm, werd Christus’ bewustwording van de zwakke toestand en behoeften van de mensheid gecompleteerd. Op dezelfde wijze zullen wij gered worden, maar ook al zijn we gered, schieten we nog tekort aan wat we moeten worden. De redding van een gelovige kan uitgedrukt worden als het Heer zijn van Christus in hun leven. Maar doorheen zijn leven gaat de gelovige zich bewust worden van gebieden van zijn leven die aan Christus onderschikt moeten worden. De onderschikking van de gelovige aan Christus is niet onmiddellijk compleet, ze groeit en ontwikkelt zich samen met de gelovige. En zo is het ook met de tweede dood. Hun vrijkoopsom werd ten volle betaald, maar God zal niet tevreden zijn voordat zij komen tot een bewustwording van de waarheid, om hen in staat te stellen God te omhelzen en Hem lief te hebben en één met Hem te zijn.

Hoe groter iemands bewustwording van de waarheid is, des te groter is ook de invloed van de waarheid in zijn of haar leven. Indien zij die in de tweede dood zijn in leven zijn, in een sterfelijke toestand, dan zullen hun ervaringen en lijden een reinigend effect hebben op hun gedrag, op voorwaarde dat die ervaringen en dat lijden hen tot een grotere bewustwording van de waarheid brengen. Dit voorziet in een uitleg van wat wij van plan zijn te verstaan in de figuren van vuur en zwavel.

Dood: de leraar
“En JAHWEH Elohim onderwijst de mens, zeggend: “Van iedere boom van de tuin zul jij etend eten, en van de boom van de kennis van goed en kwaad, van hem zul jij niet eten. Want in de dag dat jij van deze eet zul jij stervend sterven“
(Gen. 2:16,17;SW)

“En hun beider ogen worden ontsloten en zij weten dat zij naakten zijn. En zij naaien bladeren van de vijg en zij maken voor zichzelf schorten”
(Gen. 3:7;SW).

De dood was het gevolg van ongehoorzaamheid aan Gods bevel (Rom. 5:12). Het was geen onmiddellijke dood, maar sterfelijkheid, die in overlijden zou uitmonden. Wat wordt er bedoeld met het ontsluiten of openen van de ogen? Er aan denkend dat dit een boom van kennis was, zou gesloten ogen figuurlijk kunnen staan voor onwetendheid. Adam en Eva konden zeker de dingen om hen heen zien, en Adams benaming van de dieren veronderstelt verstand en waarneming, maar in de arena van goed en kwaad waren ze onwetend en ongevormd. De opening van hun ogen was een bewustwording van hun tekort aan rechtvaardigheid en hun aanstotelijkheid ten opzicht van God, door hun ongehoorzaamheid.

Aangezien God alles werkt naar de raad van Zijn wil, zal het resultaat van deze schijnbare tragedie zeker Zijn weldadige doelstelling in het licht stellen. Zonder de kennis van goed en kwaad, heeft de mens geen liefde voor de waarheid, geen ontzag voor de heerlijke perfectie van God, en geen waardering voor zijn toestand, hoe aangenaam die ook mag zijn. Met de kennis van goed en kwaad en de bewustwording van het beledigen van God, wordt de mens voorbereid op een bewustwording van de liefde die alle kwaad overwint en iedere overtreding vergeeft. De dood, hoewel strikt en meedogenloos, is een uitstekende leraar, en is, uiteindelijk, weldadig voor de mens.

De didactische methode van de dood heeft twee aspecten. De eerste van deze is in het proces van de sterfelijkheid. De dagelijkse, kracht ontnemende, effecten van de dood beroven de mensheid van alle vertrouwen in het vlees. Het tweede aspect, sterven, rijst voortdurend op voor de mens, hem intimiderend en hem herinnerend aan zijn zwakheid. Welke grotere aansporing zou een mens kunnen hebben om zich tot God te richten? Men zou het nauwelijks vreemd kunnen vinden dat de tweede dood ook zo’n onderwijzende bediening zou hebben.

En indien de toestand van sterfelijkheid en de bewustwording van de dood goddelijk aangestelde leraren zijn, zullen dan zij die nooit de gelegenheid gehad hebben om deze lessen te overdenken door hen onderwezen worden? Het zijn niet de ongeredden die hier het denken beheersen, maar zij die als kinderen sterven. God zou hen bij de grote witte troon kunnen oordelen, hen naar het graf terugsturen (als dat de tweede dood zou zijn) en het bij de voleinding weer doen opstaan. Maar hoe worden zijn die nooit geleefd hebben geoordeeld? Wat moet er dan geoordeeld worden? Welke daden hebben zijn gedaan die hen kwalificeren om geoordeeld te worden? Het is niet ter zake dienende te zeggen dat hun zondige natuur of de latente zonde in hen geoordeeld moet worden. De Bijbel zegt duidelijk dat het grote witte troon oordeel gaat over werken of daden – zonde is niet aan de orde. Op welke gronden zou Gods oordeel zijn gebaseerd? Welke bewustwording van goed en kwaad bezitten zij die hen een waardering geven van rechtvaardigheid en heiligheid en liefde?

Hier zijn twee onhoudbare vooronderstellingen: (1) dat God de daden en werken kan oordelen van hen die nooit bewust iets gedaan hebben; (2) dat zo’n oordeel individuen zou kunnen voorbereiden op de waardering van waarheid, liefde, rechtvaardigheid, heiligheid, of welke andere deugd dan ook. Was het doel van Eden niet de mensheid zijn behoeften te leren door de ervaring van goed en kwaad, en om daardoor volkomen gezegend te worden? Gods wil omvat en redding en bewustwording van de waarheid (1 Tim. 2:3-6). Het is duidelijk dat God voornemens is deze bewustwording het gevolg te laten zijn van de ervaringen en van Zijn oordelen.

Zij van wie de ogen nooit het licht buiten de moederschoot hebben gezien, hebben nog veel te leren. Er wordt vaak gevraagd of zij die als kind stierven als kind of als volwassene zullen worden opgewekt. Wij weten van geen plaats waar de Schrift op deze vraag antwoord geeft. Maar het schijnt voor de kinderen niet nodig te zijn om als kind en niet als volwassene op te staan. Zelfs nu is het woord vol van volwassenen die de lessen van de kindertijd nog moeten leren. De echte zaak is niet de lichamelijke volwassenheid van hen die als kinderen sterven; de zaak is of God bovennatuurlijk miljoenen begunstigen zal met een bewustwording van de waarheid, of dat zij dingen zullen ervaren die voor hen zelf van belang zijn. Indien de eerste van beide methoden zou worden gebruikt, blijft de vraag waarom de mensheid en het geestelijk gebied niet begunstigd werden met deze bewustwording ten tijde van hun schepping. Indien de schepping bevoordeeld zal worden door de lange en vervelende aanwezigheid van het kwaad, waarom zou dan dit grote segment van de mensheid de voordelen ervan ontberen? Deze gedachten ondersteunen opnieuw het beeld dat de tweede dood figuurlijk is. Het is een levende toestand van sterfelijkheid, waarin de mensheid veel waardevolle lessen leert, tijdens en na het grote witte troon oordeel.

Indien de tegenwerping wordt geuit: “De dood is een vijand! Hoe kan zo’n belangrijke onderwijsbediening toegewezen worden aan een vijand van de mensheid?”, antwoorden wij dat de dood ook een oordeel van God is. “De vrees van JAHWEH is zuiver, staand tot de toekomst. De oordelen van JAHWEH zijn waarheid, ze zijn volkomen rechtvaardig, meer begeerd dan goud en dan veel glinsterend goud, en zoeter dan honing en druppelende honing uit de honingraat. Bovendien werd Uw dienaar door hen gewaarschuwd; ze te houden heeft groot gevolg”(Psalm 19:9-11;SW). Het vervloeken van de grond die de dood vergezeld, en alle beproevingen die er mee volgen, zijn ten behoeve van de mensheid (Gen. 3.17).

Door naar deel 7...


Heeft u een woord gelezen waar u meer over wil lezen, vul het dan hieronder in.

   


© www.hetbestenieuws.nl