De kerk in puin

Een korte overdenking van 2 Timotheüs
Paulus’ laatste brief aan de kerk.

door
Clyde L. Pilkington Jr.


2 Timotheüs 3
Volwassen zoonschap

“opdat de man van God volkomen mag zijn, toegerust tot ieder goed werk”
(2Tim. 3:16)

Let zorgvuldig op Paulus’ gebruik van de zinsnede “de man van God” in vers 16. Hij zei niet “het kind van God,” maar “ de man van God”. De “man van God” is geen klerikale term. Paulus heeft het niet over kerkleiders. Het woord “man” staat hier in contrast met het woord “kind.”

Er heeft een overgang plaatsgevonden! Niet langer kinderen zijnde, zijn de leden van Christus’ Lichaam nu geplaatst in de positie en status van volgroeide, volwassen zonen. Dit is de heerlijke doctrine die we kennen als adoptie. Dit betekent dat de tijdelijke gaven, die aan het Lichaam van Christus werden gegeven, nu terzijde zijn gelegd. De gaven van apostelen, profeten, evangelisten, pastors en leraren waren slechts tijdelijk, “tot”:

“wij zouden verkrijgen het al in de eenheid van het geloof en van de bovenkennis van de Zoon van God, tot een volgroeide man, tot een maat van gestalte van het complement van de Christus”
(Efe. 4:13;SW)

Een van de kenmerkende doelstellingen van deze “tot” tijd is dat “wij niet meer minderjarigen zouden zijn”(Efe. 4:14;SW)

We zijn niet slechts “kinderen van God” – hoe mooi dat ook is, maar we zijn méér dan dat: door onze eenheid met Christus, als leden van Zijn Lichaam, zijn we nu de “zonen van God”. We zijn geen minderjarige kinderen; nee, we hebben de goddelijke positie van volgroeide zonen. Dit is de positie van de Here Jezus Christus Zelf. We zijn geplaatst in eenheid met Zijn volle volwassen zoonschap.

“opdat Hij degenen die onder de wet zijn zou opeisen, opdat wij de plaats van een zoon zouden krijgen”
(Gal. 4:5;SW).

“Want jullie hebben niet een geest van slavernij gekregen, om opnieuw vrees te hebben, maar jullie hebben de geest van zoonschap gekregen, door welke wij roepen: ABBA, Vader!
(Rom. 8:15;SW)

Deze heerlijke werkelijkheid wordt vaak gemist vanwege het meer moderne gebruik van het woord “adoptie.” We denken aan het nemen van iemand van buiten de familie en die tot lid maken. Dit is niet het Schriftuurlijke concept. In plaats daarvan is het een plaatsen van iemand in een volle, volwassen, zoonschap positie. Noot

Te leven in de vestiging van dit zoonschap in ons dagelijks leven, is de volwassen “man van God” te zijn. Wat de “man van God” toerust in zijn volwassen functie is het bedreven woord van God. Het maakt de “man van God” kundig en geeft hem kracht voor ieder goed werk van de Vader.

Noot. Denk bij “zoonschap” aan erven, het krijgen van alle rechten die bij zijn ouders horen.


Terug naar de index van "De kerk in puin"




Dit artikel is hier geplaatst met de toestemming van Clyde L. Pilkington Jr.
© www.hetbestenieuws.nl