Tezamen gekruisigd met Hem

door A.E.Knoch.

Het kruis is de basis van het evangelie voor vandaag. De essentiële plaats van Christus' vernederende dood was vóór Paulus nooit verkondigd en zelfs hij verkondigde het niet in het boek Handelingen, omdat Israel nog steeds op het toneel was en het nog niet (h)erkend was in hun evangelie. Om die reden wordt het vandaag niet haar juiste plaats in het Christendom gegeven, wat dat doet waarvoor Paulus geen opdracht was gegeven en is gegrondvest op menselijke wijsheid en inspanning. De wereld, in haar wijsheid, vereist iets van de mens, hetzij de daden die onder de wet gedaan moesten worden in Israel, zoals berouw, dopen en overeenkomstig gedrag, of een leven van doen en geven en zelf-verbetering, volkomen voorbij gaand aan de straf van kruisiging die door de Allerhoogste opgelegd was. Maar toch is nu, in Paulus' brieven, met vrijmoedigheid en helderheid het evangelie van genade en vrede bekend gemaakt, stevig gefundeerd op de kruisiging van Christus.
"Want indien wij samen-geplant zijn geworden in de gelijkenis van Zijn dood, dan zullen ook wij van de opstanding zijn, dit wetend, dat onze oude mens meegekruisigd werd, opdat het lichaam van de zonde buiten werking gesteld zal worden, van het ons niet meer slaaf voor de zonde te zijn"
(Rom. 6:5,6;SW)
"Met Christus ben ik meegekruisigd."
(Gal. 2:20;SW)

Toen wij met Christus stierven, stierven we niet een gewone dood van gelijdelijke ontbinding, door gebrek aan vitaliteit, we stierven als zondaren, als niet te verbeteren criminelen, die waard zijn om van deze aarde afgeveegd te worden. Dit alles was in ons, ook al toonde het zich niet aan de oppervlakte. Christus ontving wat wij verdienden. Zijn dood was beladen met een tijd van vreselijke kwelling en ongenade van de hand van mensen en vreselijke ellende door het verbergen van God's aangezicht.

ZIJ DIE MET CHRISTUS GEKRUISIGD ZIJN

Het kan ons helpen de geweldige waarheid van onze kruisiging met Christus te grijpen, in geest, als we de letterlijke gebeurtenissen overwegen toen Hij aan die paal genageld werd. Hij was bij die gelegenheid niet de enige die op die manier geëxecuteerd werd. In totaal vier, twee rovers (Matt. 27:38; Marc. 15:27) en twee misdadigers (Luc. 23:32), werden op die dag met Christus gekruisigd. Dezen waren vertegenwoordigers en illustratief van de grote waarheid dat de wereld (Gal. 6:14) en het vlees (Gal. 5:24) en de oude mensheid (Rom. 6:6) en Paulus (Gal. 2:20) en wij zelf gerekend worden als gestorven met Hem (Rom. 6:8-11; Kol. 2:20), bij die grootste crisis in de geschiedenis van de mensheid.

DE VIER CRIMINELEN

Men meent algemeen dat slechts twee anderen met Christus werden gekruisigd, maar een zorgvuldige overweging lijkt aan te tonen dat er twee soorten waren, misdadigers en rovers, van wie elk een andere afdeling van de mensheid vertegenwoordigt. Misdadigers zijn, letterlijk, KWAAD-DOENERS. Het wordt alleen in Lucas gebruikt, waar over de Zoon van Adam wordt geschreven, en omvat een beeld van heel de mensheid, van wie allen kwaad doen. Allen zijn zondaren.
Maar rovers, dat in Mattheüs wordt gebruikt, verwijst speciaal naar mensen die onder de wet zijn, en naar de natie die niet alleen zondigde, maar overtrad en beledigde. De King James vertaling gebruikt het woord "rob" (beroven) in Maleachi 3:8, waar de hele natie er van wordt beschuldigd van het JAHWEH beroven van tienden en hef-offers. In de dagen van onze Heer, speciaal bij Zijn berechting en kruisiging, waren de Hogepriesters veel meer schuldig dan Herodes of Pilatus.

DE WERELD GEKRUISIGD

Het simpele feit dat Christus niet alleen leed en stierf, maar de schaamtevolle, vernederende beproeving onderging van kruisiging voor de wereld, zou moeten aantonen dat ze zeer dezelfde straf verdient. Maar we zullen nooit in staat zijn dit te zien als we het niet zien zoals het in God's zicht verschijnt, en het overwegen in relatie met Hem. Pas dan zullen wij, zoals de misdadiger (Luc. 23:41), de terechtheid van onze kruisiging erkennen, in geest. Laten we de mensheid als geheel beschouwen. Wij hebben God's mening over hen vóór de zondvloed:

"En JAHWEH ziet dat er veel kwaad van de mens is op de aarde en elke vorm van plannen van zijn hart, niets dan kwaad, heel de dag."(Gen. 6:5;SW)

En verdient de wereld vandaag niet een zelfde inschatting? Wanneer Paulus schrijft:

"Maar moge het niet gebeuren dat ik zou roemen, anders dan in het kruis van onze Heer, Jezus Christus, door Wie de wereld voor mij is gekruisigd en ik voor de wereld."(Gal. 6:14;SW)

dan verwijst hij niet alleen naar de dood van Christus, voor redding, maar naar het kruis van Christus voor nederigheid. Zo weinigen maken het onderscheid, maar er is een geweldig verschil. Het is de schaamtevolle dood. Het einde van het vlees is hier in beeld. Er zijn vandaag allerlei soorten van bewegingen om de mens beter te maken. Men is er vier- of vijfduizend jaren mee bezig geweest en zie waar we zijn! We kunnen nu niets méér van menselijke inspanningen verwachten dan in het verleden, om de simpele reden dat God de wereld al gekruisigd heeft.

DE GELOVIGE MISDADIGER

Zelfs een misdadiger, één van de mannen die met Christus gekruisigd werd, had geloof in Hem en keek naar de toekomst. Hij vroeg niet eens om verlichting voor het heden, maar berispte zijn metgezel voor zijn gebrek aan goddelijke vrees. Dan bevestigde hij het recht van zijn eigen oordeel en erkende de zondeloosheid van de Redder. Hij had kennelijk gehoord van Zijn proclamatie van het Koninkrijk en geloofde. Daarom keek hij in die dag vooruit, in geloof, naar een toekomstige redding. Voor hen die met Christus gekruisigd zijn is er in dit leven geen verheerlijking, maar alleen in dat wat nog staat te komen. Wij zijn "lotbezitters van God en mede-lotbezitters van Christus. Wanneer wij namelijk samen lijden, dan is dat opdat wij ook samen verheerlijkt zouden worden"(Rom. 8:17;SW). Van de vier die letterlijk samen met Christus werden gekruisigd komt de gelovige misdadiger het dichtst bij onze geestelijke positie. De ongelovige misdadiger kan het best gezien worden als vertegenwoordiger van de wereld van vandaag. Het was hij die Hem lasterde, die Hem uitdaagde op die dag redding te brengen van de kwaden die hen overkwamen. Maar de gelovige was al wij. Hij erkende de juistheid van zijn lot, maar rechtvaardigde Christus, en geloofde in Zijn redding in de toekomst.

DE MISDADIGER STAAT VOOR DE MENSHEID

Misschien is het belangrijkste punt over deze misdadiger het totale gebrek aan goede werken of enige inspanning van zijn kant dan ook om redding te verdienen. Ja, wat zou hij in zijn positie gedaan kunnen hebben? Hij erkende zijn schuld, maar had geen gelegenheid om werken te doen die passen bij berouw. Hij smeekt om door de Heer herinnerd te worden wanneer Hij in Zijn Koninkrijk zou komen. Maar hij had geen van de voorwaarden vervuld om er in binnen te komen. Dus belooft onze Heer niet deze weldaad, maar verzekert hem dat hij met Hem onder omstandigheden zou zijn die het tegendeel zullen zijn van het lijden en de wanhoop die hij nu verduurde. Dit werd het best uitgedrukt door de term "paradijs." De naam paradijs wordt in de Griekse versie van de Hebreeuwse Schrift vaak gebruikt voor een beschermde plaats, of tuin. Het is het Perzische woord voor een park. Het beschrijft, zonder twijfel, een letterlijke tuin op de nieuwe aarde (Openb. 2:7; 22:1-5), in het midden waarvan een boom des leven zal zijn, en toch, tegelijkertijd, een symbool van toekomstige heerlijkheid in het lichamelijke alsook in het geestelijke gebied. Onze Heer koos deze term als een type van toekomstige blijdschap als een contrast met huidig lijden. Totdat Hij Zelf terugkeert in heerlijkheid hebben de heiligen geen belofte van lichamelijk plezier of heerlijkheid, buiten Zijn aanwezigheid om. Er is in de nieuwe aarde een aards paradijs. Maar Paulus werd weggerukt naar de derde hemel, daarom kan het ook symbolisch zijn voor toekomstige gelukzaligheid op welke locatie dan ook.

HUIDIGE PIJN EN TOEKOMSTIGE HEERLIJKHEID

Het grote verschil tussen geloof en ongeloof kwam in beeld bij de kruisiging. De ongelovige misdadiger, vertegenwoordiger van de mensheid als geheel, in overeenstemming met het verslag van Lukas, uit zijn scepticisme door te zeggen: ""Bent U niet de Christus? Red Uzelf en ons!" (Luk. 23:39). Maar hij kreeg geen antwoord van onze Heer. Dit legt het hart van de mensheid bloot. Zij zullen een leider volgen die hen gezondheid, weelde en blijdschap in dit leven belooft. De wereld streeft er voortdurend naar de toestand van de mensheid in deze aion te verbeteren en zal de anti-christ volgen die hen onmiddellijk verlichting van hun problemen geeft. Zij geloven God niet of zien uit naar heerlijkheid in de toekomst, door Zijn Gezalfde.

HET VERVOLG

Net als de misdadiger aan het kruis hebben wij geen belofte van huidige verlichting. Net als de Israelieten in de wildernis zijn wij onder beproeving, als een voorbereiding voor en contrast met toekomstige heerlijkheid, zodat we des te meer God er voor zullen verheerlijken wanneer het komt. God is trouw en zal ons niet boven ons vermogen beproeven, en, zoals in het geval van de misdadiger, ons wordt het vervolg verteld om ons in staat te stellen het te ondergaan (1 Kor. 10:11-13). De King James geeft ons in deze passage valse hoop, wanneer die vertaalt met "een weg van ontsnapping, opdat jullie in staat mogen zijn het verdragen." Dit is vanzelfsprekend, want indien wij een weg van ontsnapping zouden hebben, waarom zouden wij dan het vermogen hebben het te verdragen? Zonder Zijn aanwezigheid in heerlijkheid is onze plaats die welke de wereld Hem gaf, in kruisiging, net als de misdadiger die stierf in geloof, en zullen pas verheerlijkt worden als Christus komt in Zijn Koninkrijk.

ZEGEN DOOR DOOD

Voor de geestelijke student bevat de Schrift aanduidingen van zegen door dood van de eerste, want alleen zo kan God Zichzelf onthullen als de Opstanding en het Leven. Aan Adam en het ras gaf Hij de ervaring van sterven en ontbinding. In Zijn grote liefdesplan kunnen we er alleen naar kijken als een voorbereiding voor opstanding, waarin Hij Zichzelf kan onthullen als het Leven. Later, in voorbereiding voor Israel, gaf Hij een paar speciale ervaringen van leven uit de dood. Abraham was zo goed als dood voordat Hij leven gaf aan de uitverkoren natie. Izaäk was ook in een beeld verdoemd en opgewekt. En als laatste en grootste van allen, komen al onze zegeningen tot ons, niet door leven, maar door de dood van Christus, Zijn Zoon.


Dit artikel werd hier geplaatst met toestemming van
©Concordant Publishing Concern
en mag niet zonder toestemming van deze worden overgenomen
in druk of op het internet.