Zullen miljarden mensen voor eeuwig verloren gaan?
---
Hoofdstuk 33
DE DOOD VAN DE DOOD

door J. van A.

   

"De laatste vijand, die onttroond wordt, is de dood!"
"De dood is verzwolgen in de overwinning."
"Dood, waar is je overwinning, Dood, waar is je prikkel?"

Dit zijn woorden uit 1 Korinte 15, waar we niet omheen kunnen. Drie uitspraken over de totale overwinning over de dood.

De dood, die de laatste vijand is, wordt straks in de overwinning van Christus verzwolgen! Het is goed om te weten hoe er dan wel aan die dood een einde komen zal. En de Schrift geeft op die vraag het volgende antwoord:

Want evenals in Adam allen sterven, zullen ook in Christus allen levend gemaakt worden. Maar ieder in zijn eigen rangorde: Christus als eersteling, vervolgens die van Christus zijn bij zijn komst; daarna het einde, wanneer Hij het koningschap aan God de Vader overdraagt, wanneer Hij alle heerschappij, alle macht en kracht onttroond zal hebben. Want Hij moet als Koning heersen totdat Hij al zijn vijanden onder zijn voeten gelegd heeft. De laatste vijand, die onttroond wordt is de dood, want Hij heeft alles aan zijn voeten onderworpen.

"Wanneer alles Hem onderworpen is, zal ook de Zoon zelf zich aan Hem onderwerpen, die Hem alles onderworpen heeft, opdat God zij alles in allen!"
(1 Korinte 15:22-28)

We zagen al in Romeinen 5 dat Paulus een prachtige vergelijking maakte tussen Adam en Christus. Hij doet dat ook in dit hoofdstuk.

Hij zegt ons dat alle mensen in Christus zullen worden levend gemaakt.

Dat geldt niet alleen de gelovigen, maar allen, die in Adam gestorven zijn. Geen uitzonderingen!

Vers 23: "Maar..." en dan worden er geen uitzonderingen genoemd!

Nee, we lezen alleen dat die levendmaking niet op één dag zal plaatsvinden, maar dat er sprake blijkt te zijn van een "rangorde".

De eerste, die werd levend gemaakt was Christus. Toch betekent dat niet, dat Hij de eerste was, die uit de doden opstond. Velen zijn Hem daarin voorgegaan. Na enige tijd zijn ze weer gestorven. We denken aan Lazarus en het dochtertje van Jaïrus.

Zij werden niet levend gemaakt zoals Christus in onvergankelijkheid, heerlijkheid en kracht. (vers 42 en 43)

Over die levendmaking gaat het in dit hoofdstuk!! En daaraan zullen in Christus allen deel krijgen, zij het in een bepaalde rangorde.

De tweede orde wordt gevormd door "die van Christus zijn bij zijn komst". Dat zijn dan die mensen, die "van Christus zijn", dat is zijn gemeente.

Maar als zij zijn levend gemaakt tot een leven in onvergankelijkheid en kracht, dan is dat nog niet het einde van de levendmakingen. De laatste rangorde moet nog plaats vinden.

Rangorde drie

Immers dan zijn nog niet "allen, die in Adam gestorven zijn" levend gemaakt. Dat zijn de mensen, die Christus niet toebehoorden. Zij, die zijn verlossing niet gekend hebben. De mensen, die verloren zijn. Het is die laatste groep, die nu aan de beurt is.

Het is die derde orde, dat einde, dat vaak over het hoofd wordt gezien. En toch is die nodig, wil het woord waarheid worden, dat allen worden levend gemaakt.

En God heeft een wondere manier uitgedacht om die verlorenen levend te maken:

De dood wordt verzwolgen in de overwinning van Christus!

Het is Christus, die de laatste vijand zal overwinnen. En de laatste vijand is de dood.

De dood wordt tenietgedaan en er is dan alleen maar leven, werkelijk leven!! Er zijn dan geen doden meer.

Onze Here Jezus Christus zal dan zijn koninkrijk overdragen aan de Vader, waarna de Zoon zich aan de Vader zal onderwerpen.

Dan zal het woord werkelijkheid worden: God zal zijn alles in allen!

ZIJN ER NOG VRAGEN?

Natuurlijk zijn die er genoeg.

In Openbaring 20 vanaf vers 11 lees ik van opstanding van doden, die dan staan voor de grote witte troon, waar ze geoordeeld worden op grond van hun werken. Zijn dat de ongelovigen, die dan levend gemaakt worden?

In zekere zin worden zij inderdaad levend gemaakt. Maar zeker is dit niet het in Christus levend gemaakt worden, zoals Paulus daarvan schrijft in 1 Corinnte 15 vers 22.

Deze opstanding in Openbaring is niet ten leven, maar wordt genoemd de opstanding ten oordeel (Johannes 5:29) en voert naar de tweede dood.

Dat wil dus zeggen dat dan de dood nog niet verzwolgen is in de overwinning van Christus.

Die totale overwinning van Christus op de dood wacht dan nog op de definitieve slag, die de dood zal worden toegebracht. En dat vindt plaats als de mensen, die zich in de tweede dood bevinden, worden levend gemaakt in onsterfelijkheid en heerlijkheid. Pas dan kan er worden gejubeld: "Dood, waar is je overwinning?"

Mag er in 1 Korinte 15:22 ook vertaald worden "zo zullen ook allen in Christus levend gemaakt worden"?

Dat zou een vertaling zijn, die niet overeenkomt met wat er in het Grieks staat. "Allen in Christus" zou dan kunnen worden uitgelegd als de christenen alleen. Maar er wordt hier gesproken van "in Christus allen". Dat zijn dezelfde allen, die in Adam gestorven zijn. En ook dezelfde allen van vers 28: "opdat God zij alles in allen".

Als het Woord zegt "God zij alles in allen", kunnen er dan geen uitzonderingen zijn, bijvoorbeeld de miljarden ongelovigen die zich in de tweede dood bevinden?

Van Openbaring 20:6 leren we dat de tweede dood macht heeft over de goddelozen.

Van 1 Korinte 15:24 leren we dat Christus alle macht en kracht onttroond zal hebben. De macht van de tweede dood is dan onttroond. Natuurlijk door het levend maken in Christus van allen, die zich in die tweede dood bevinden.

Alles zal Christus worden onderworpen. Er is dan één uitzondering: HIJ, die alles aan Christus onderworpen heeft. En dat is God, de Vader.

Werkelijk, maar één uitzondering! Zo leert ons Paulus in vers 27.

De levendmaking van allen is toch alleen een opstanding van het lichaam? Het is een lichamelijk gebeuren, maar dat wil toch niet zeggen, dat zij die tot leven komen ook gered worden?

Hoe is de mens in Adam gestorven? Was dat alleen lichamelijk? Stierf de mens niet én lichamelijk én geestelijk in Adam? Romeinen 5:12 zegt, dat door Adam de zonde in de wereld is binnengekomen en door de zonde de dood. Als we recht doen aan de vergelijking Adam en Christus dan begrijpen we, dat in Christus allen zullen worden levend gemaakt lichamelijk, maar ook geestelijk. Hij rekent definitief af met de dood en de zonde.

Geven Openbaring 21 en 22, de laatste hoofdstukken van de bijbel, ons niet een beeld van het allerlaatste en komt dat ook niet overeen met wat we lezen in 1 Korinte 15?

Dat is zeker niet het geval. Als we beide hoofdstukken naast elkaar leggen, dan zien we dat er weinig overeenkomst is en dat er over verschillende "tijden" geschreven wordt.

In Openbaring:

  1. de ongelovigen bevinden zich nog in de tweede dood. (21:8)
  2. de dienstknechten van God heersen als koningen tot in de eeuwen der eeuwen. (22:5)
  3. er wordt nog gesproken over de eeuwen der eeuwen.
  4. er is nog sprake van de dood. (21:8)
  5. de bladeren van de bomen van het leven zijn tot genezing van de volken. (22:2)
  6. het Lam, dat is Christus, regeert op de troon. (22:1)
  7. buiten zijn de afgodendienaars

In 1 Korinte 15

  1. alle mensen zijn levend gemaakt, (:22)
  2. alle heerschappij, macht en kracht is onttroond. (:24)
  3. het einde is gekomen. (:24)
  4. de dood is als laatste vijand onttroond. (:26)
  5. allen zijn levend gemaakt en hebben geen genezing meer nodig. (:22)
  6. Christus heeft zijn koningschap overgedragen aan de Vader. (:24, 28)
  7. alle dingen (zonder uitzondering) zijn Hem onderworpen. (:27)

Inderdaad, het blijkt dat de apostel Paulus mocht spreken en schrijven over een "tijd", die volgt op de "tijd", waarvan we lezen in Openbaring 21 en 22.

Hij mocht verder zien dan Johannes in het laatste bijbelboek.




Naar hoofdstuk 34

Naar de indexpagina

   


© www.hetbestenieuws.nl